(Filmpje gepubliceerd 12 okt. 2018)
Van belang is het, dat je een bepaald kritisch vermogen behoudt, als je luistert naar spirituele teachers, er zijn leraren van allerlei verschillend pluimage, zo zijn de leringen van bv. Eckhart Tolle -en zijn hier en nu leringen- van een andere aard dan die van Rupert Spira. Vaak komen ze wel ergens bij bepaalde essenties uit. Maar ik vind de leringen van Rupert Spira toch ingrijpend, ze raken ook wat de gronden van kennis en wetenschap. Het is de wetenschap zelf die al lange tijd de antwoorden zoekt op vragen over wat is bewustzijn, hoe ontstaat denken, en wat is de aard van de realiteit.
Maar bij Rupert Spira krijg je toch enige bedenkingen, omdat hij vér gaat in zijn beschouwingen.
Wat eigen gedachtes wederom van mijzelf.
In de verkenning van wat de realiteit nu is was o.a.de kwantummechanica van groot belang, ik heb enkel als leek wat kennis hiervan. Wat de kwantummechanica teneinde zegt heeft al voor veel speculaties bijgedragen, juist omdat het zulke moeilijke stof is. Deeltjes op atomair niveau zoals fotonen vertonen een onlogisch effect, niemand weet waar ze op een plaat verschijnen, tenzij ze worden gemeten. Het meten, vergelijkbaar met waarnemen, heeft een invloed op het gedrag van minuscule deeltjes. Dat maakte veel discussie los over de rol van het meten, het waarnemen. Hoe kan een simpele daad zoals het waarnemen een invloed hebben op de exacte positie van een deeltje..
In Schrödingers kat wordt dat verbeeld in de symboliek van een kat die zit opgesloten in een gesloten doos, in de doos kan door middel van een gif de kat wel of niet komen te overlijden. Dat hangt af van het vervallen van een atoom. Dat het mechaniekje dan in werking zet. In Wiki. staat:
'Als het nu waar is dat een deeltje niet noodzakelijk bestaat tot het geobserveerd wordt, dan is het niet zeker of de hamer ooit kan vallen – wellicht moet hij vallen, wellicht kan hij vallen, wellicht kan hij niet vallen. Totdat de doos opengemaakt wordt, is het dus niet zeker wat er gebeurd is. De uitsmering van mogelijkheden over het veld der waarschijnlijkheid betekent dus dat zolang de doos dicht is, de kat tegelijkertijd zowel in leven als dood kan zijn. Zolang er geen observatie mogelijk is, is het niet anders te zeggen.' (Zie hier.)
Een en ander leidde tot de bekende uitspraak van Einstein:
'Gelooft U werkelijk dat de maan alleen bestaat als U er naar kijkt? Dit was de vraag die Einstein ooit aan zijn biograaf Abraham Pais stelde, toen die twee samen een wandeling maakten in Einsteins woonplaats Princeton, in New Jersey.' (Zie hier.)
De symboliek van de kat zou je nog los van kwantummechanica kunnen versimpelen: Je zegt tegen een kind, misschien zit er wat in die gesloten doos. Het nieuwsgierig geworden kind opent de doos om te achterhalen of er wat in zit. Hier zit welhaast eenzelfde logica in vervat, teneinde iets te achterhalen is de directe waarneming ervan noodzakelijk. Dat lost als enige de onzekerheid op.
De plaats van het waarnemen of het bewustzijn in alles speelt buiten weinige twijfel een wezenlijk rol, in het waarnemen van een realiteit. Hoe zou je ooit een realiteit kunnen vaststellen, buiten het bewustzijn dat waarneemt? (Ik kwam een aardig filmpje tegen waarbij iemand meende dat dit een theorie is. Je kunt echter elk moment voor jezelf vaststellen dat het geen theorie is, dingen komen tot bestaan door middel van je waarneming, dat is de enige manier om van het bestaan van dingen te weten.) Hoe weet je van de dingen, van een wereld, van een bestaan dan enkel door je bewustzijn. Zou bewustzijn vervallen, dan zou je per definitie niets meer kennen.
De vraag van Einstein is in die zin verrassend, want zijn eigenlijk verergerde opmerking 'bestaat de maan niet als je niet ernaar kijkt' is dubbel- te beantwoorden. Vanuit waarneming perspectief bestaat de maan niet, maar je hebt onder meer herinneringen van het bestaan van een maan. Ten andere zou je rationeel-moeten veronderstellen, dat de maan met grote zekerheid ook bestaat als 'jij' hem niet waarneemt.
Het punt hier is, hoe ver reikt het waarnemend bewustzijn in de vraag van het wel of niet bestaan der dingen? Hier kom je langzaam terug op Rupert Spira.
Je zou kunnen stellen, dat het bestaan van een maan moet worden beschouwd als een theorie, zolang er geen waarnemer bestaat. Of uitgaande van de waarneming van andere betrouwbare bronnen. Het punt is echter zeer radicaal: bestaan dingen überhaupt als -of zolang ze niet worden waargenomen? Wat is dan vervolgens de plaats van de waarnemer, is de waarnemer fundamenteel in het bestaan der dingen zelf?
Spira gaat zover te veronderstellen dat er 'geen objectieve, reële op zichzelf staande' realiteit bestaat, althans die suggestie wordt gewekt. Hij gebruikt hiervoor allerlei vergelijkingen. Zoals dat van een filmprojector de film en het doek waarop wordt gefilmd (het scherm). De film zelf bestaat zo kun je het formuleren slechts uit lichtdeeltjes, die allerlei taferelen vormen, licht en duister, voorwerpen en bewegingen, het bestaat in gronde uit enkel licht. Ga je bij het doek staan, kun je concluderen dat de film zelf helemaal 'niet' bestaat, er bestaat enkel het doek. Ga je weer een stap verder concludeer je dat de film driedimensionaal lijkt weer te geven, maar het doek is slechts tweedimensionaal. (Zie het filmpje).
De illusie van zowel een film, maar ook van bv. een spiegelreflectie of van een schildering, lijkt een drie dimensionale werking te hebben: En goed schilder kan op een vlak de illusie wekken van een achterdoor liggend berglandschap of oceaan, met aan de voorkant huizen of bomen. De dimensie van verte of diepte is enkel een illusie.
Zouden we -volgens Rupert Spira- dan enkel bestaan in een tweedimensionale realiteit? Bovendien zou de realiteit niets anders zijn dan de 'projectie van de filmprojector op een scherm': Vertaalbaar in een universeel bewustzijn, dat zelf de realiteit - de aard der werkelijkheid projecteert.
Dat zou in zoverre goed zijn dat het het probleem matter/mind oplost, materie bestaat alleen ogenschijnlijk. In een verder voorbeeld heeft Spira het dan over de aard van dromen.
-Dromen-
Ikzelf heb vaak zeer levendige en inhoudelijk opvallende dromen. Ikzelf neig ertoe dat dromen sowieso meer zijn dan loutere projecties van een brein of een beperkt bewustzijn. Een mede reden hiervan behoren tot mijn vroegere, jeugdige uittredingservaringen. Maar daarover gaat dit niet (al wel ik het toch wil tussenvoegen.)
In je dromen (Spira) ervaar je exact dezelfde zeer levendige realiteit als uit je waakbewustzijn, je verkeert in een drie dimensionale wereld waar mensen zijn, dingen, ruimtes, landschappen: mensen die je tegenkomt hebben een eigen bewustzijn (zonder meer) de dingen die er gebeuren doen niets af van enige realiteit. Je ziet en hoort en voelt, zelfs seksuele ervaring of sensaties van pijn en geur - terwijl je fysieke zintuigen gesloten zijn.
Blijkbaar heb je dus geen fysiek lichaam nodig met zintuigen, om al die ervaringen in je dromen evengoed te beleven. In je dromen weet je niet dat je droomt // er zijn weliswaar uitzonderingen zoals tijdens 'heldere dromen'. Je hebt het óntwaken nodig, om eerst erachter te komen dát je droomde. (Of je ontwaakt in een droom, want wat is teneinde echt en niet echt?)
Het droombewustzijn draagt bij aan de veronderstelling, dat bewustzijn de creator is, de schepper van alle gewaarwording, zou je dat in uiterste uitstrekken, dan zou de stof waaruit alle zogeheten realiteit bestaat, bestaan uit de 'stof van het bewustzijn'. Dit lijkt Spira in elk geval te veronderstellen.
Voor mijzelf is dat een kritiek punt, je doet een simpele proef, je ziet je eigen specifieke omgeving door jouw ogen (dat is trouwens wel degelijk een afgescheiden waarneming) en je sluit een moment je ogen. De omgeving is 'weg', je doet je ogen weer open en exact dezelfde omgeving is terug. Is de omgeving dan een seconde of enkele seconden 'weggeweest'? Ik betwijfel het.
Ik neem met grote zekerheid aan, dat er een objectieve realiteit bestaat, ongeacht de bewustzijns-waarnemer. Maar als je het nauw neemt, heb je dan een bewijs ervan, dat er een onafhankelijke werkelijkheid bestaat, die geen waarnemer // detector, nodig heeft 'om te bestaan'? Je kunt dit laatste nooit achterhalen: zonder bewustzijn is er simpelweg niets - Dat er dus een onafhankelijke werkelijkheid bestaat los van de waarnemende 'detector' zou je mogen plaatsen als een "theorie".....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten